daar staan wat voeten
hier hangt een romp
op tafel ligt een schraal bestaan
te schreeuwen dat ik leef
ik wil het wel geloven
maar ik ben en blijf een twijfelaar
het is hierom dat ik schrijf
soms lijkt de wereld groter dan de maan
omdat we haar veraf zien staan
maar niets is minder waar
we zweven
alles in een eigen baan
we draaien om elk-ander heen
en in dit laaien van ons licht
zit geen verschil
we zijn als gas, we zijn van steen
en semantiek van groot of klein
is nutteloos, een slepend been
onevenwicht